Leef je in in de ander
Hoe zorgen rampenbestrijders dat ze elkaar begrijpen? Daarvoor is het belangrijk dat ze nadenken over wat ze van elkaar willen weten. De schrijvers van het evaluatierapport adviseren om dat te oefenen. Zij stellen bijvoorbeeld een workshop voor over:
“…het delen van informatie en de wijze waarop deze gecommuniceerd wordt en het managen van de verwachtingen. Hierbij kan men eventueel ook de deelnemers aan het Regionaal Operationeel Team meer vertellen over de achtergrond van hun werk, zodat er meer begrip komt voor elkaars werk en taak.”
Dus: het is belangrijk om je in te leven in de ander en je af te vragen op welke informatie die zit te wachten.
Wie doet wat?
Rampenbestrijders werken bij een ramp volgens een aantal handboeken. Volgens de schrijvers is het in die handboeken soms onduidelijk wie wat moet doen. Schrijvers van deze handboeken moeten daarom voortaan:
“…goed kijken of de beschrijving van de onderlinge rollen en verantwoordelijkheden [...] voldoende helder is.”
Ze bedoelen dus dit: als de tekst niet concreet genoeg is, weten de rampenbestrijders niet zeker of zij degenen zijn die iets moeten doen.
Vermijd vaktaal
Tijdens een ramp werken hulpdiensten met elkaar samen in een speciaal team. Maar daarbij gaat wel eens iets mis. Want, zo staat in het rapport:
“Omdat iedereen vanuit zijn eigen expertise en referentiekader werkt kan het voorkomen dat de andere deelnemers bepaalde zaken niet kunnen volgen.”
De schrijvers voegen daar nog aan toe dat de mensen in het team allemaal minimaal HBO-niveau hebben. En dat ze heus wel iets weten over elkaars werk. Maar dat is niet genoeg. Want de schrijvers adviseren ook om in vergaderingen niet te veel op technische details in te gaan. Dan is het gesprek namelijk niet meer voor iedereen in het team te begrijpen. De rampenbestrijders moeten zich dus aanpassen aan elkaar en minder vaktaal gebruiken.
Zender -> bericht -> ontvanger
Al deze leerpunten hebben te maken met hetzelfde. Zorg eerst dat je weet voor wie je boodschap is bedoeld. Wat is dat voor iemand? Welke informatie heeft hij nodig? Moet hij iets doen, en zo ja: wat dan? Welke vaktaal kent hij? Pas als je dat weet, kun je een boodschap samenstellen die aansluit bij je ontvanger. En pas dan kun je echt van elkaar leren. Ook als je een rampenbestrijder bent.
Wil je ook concreet, eenduidig en begrijpelijk leren schrijven (taalniveau B1)? Kijk dan op leereenvoudigschrijven.nl.
Of lees ‘De taal van mr. Jip van Harten en dr. Janneke Bavelinck’. http://www.sdu.nl/catalogus/9789012582582
Mr. Jip van Harten en dr. Janneke Bavelinck